Home | terug | © geregistreerd
tanslation:

Vlinderkas Actueel

Algemeen

Lees meer over de Vlinderkas in Artikel De Gelderlander van 26 oktober 2012


De Vlinderkas bestaat uit een speciaal vormgegeven, kunstzinnige kas in de vorm van een overdekte tuin met inheemse planten. In de kas worden vlinders gekweekt die in het Nederlandse landschap en Park Lingezegen thuishoren. De Vlinderkas wordt voorzien van zonnecollectoren en is in energieverbruik zelfvoorzienend.

In de lente en zomer wordt af en toe een aantal van de gekweekte vlindersoorten losgelaten uit de kas. Dit zal niet alleen ten goede komen aan het Park Lingezegen maar ook aan de directe omgeving van het Gelderse landschap.
De Vlinderkas wordt bij voorkeur opgenomen in een nieuwe kunst- en natuurroute in het Park Lingezegen.

Vlinderbiotoop
Dagvlinders komen wereldwijd voor. In Nederland zijn overal dagvlinders te vinden. Het soortenrijkst zijn het oosten en zuiden van het land (Noord-Brabant, Zuid-Limburg, Gelderland, Drente en Overijssel).
Wereldwijd zijn meer dan 13.000 soorten dagvlinders bekend. Hiervan komen er ongeveer 60 in Nederland voor. Circa 25 inheemse dagvlindersoorten worden nu in hun voortbestaan bedreigd.
Elke dagvlindersoort heeft zijn eigen ecologische voorwaarden en zijn eigen voorkeuren met betrekking tot zijn omgeving. Verschillende landschappen en vegetatietypen geven ook verschillende dagvinders te zien.

Belangrijke biotopen voor dagvlinders zijn bossen, graslanden - met name natuurlijke en half-natuurlijke -, heide, moerassen, - laagveenmoerassen en hoogvenen -, en de stedelijke omgeving.
Belangrijk voor veel dagvlindersoorten zijn de grenssituaties, veelal met ruigtkruiden, die langs een gradiƫnt ontstaan, bijvoorbeeld op overgangen van nat naar droog of van gesloten naar open vegetaties en langs bosranden. De ruigtkruidenvegetaties hebben een belangrijke functie als standplaats van waardplanten en nectarplanten. Doordat ze vaak in lange, smalle stroken, zoals wegbermen, slootkanten en dijken, voorkomen, kunnen vlinders zich hierlangs van het ene voortplantingsbiotoop naar het andere verplaatsen.